Vion: Consument wil meer inzicht in herkomst eten
"In vergelijking met 20 jaar geleden willen consumenten meer inzicht in de herkomst van hun eten. Ze eisen die transparantie zelfs. Bovendien moet deze informatie à la minute beschikbaar zijn”, zo is te lezen op de site freshupstream.com. Het is het verhaal van Bert Urlings van de Vion Food Group.
Bert Urlings, Corporate Director Quality Assurance en Vion Food Group zit in het kernbestuur van Fresh Upstream. Als het gaat om standaarden in de keten zegt hij: "Standaardisering is geen sexy onderwerp, maar wel een morele plicht naar onze consumenten. Ik vind het volkomen terecht dat zij ons dwingen tot transparantie. Transparantie en daarmee traceerbaarheid, zijn essentieel voor de voedselveiligheid van onze producten.”
Vurig pleidooi
De voorzitter van Fresh Upstream Philip den Ouden is helder waar het om draait en heeft zich herhaaldelijk uitgesproken over het belang van het stimuleren en ondersteunen van data-uitwisseling binnen de internationale versketen. In een vurig pleidooi voor één gemeenschappelijke taal zei Den Ouden al eerder: “Met één identificatiesysteem kunnen we de tracking en tracing van producten op een hoger niveau brengen en de voedselveiligheid verbeteren”.
Bij calamiteiten kan zo bijvoorbeeld worden achterhaald welk traject een product heeft afgelegd. Urlings: ‘In de toekomst verwacht ik overigens ook dat consumenten steeds meer willen weten over de impact van onze producten op het milieu, in de vorm van hun CO2 footprint bijvoorbeeld. Onafhankelijk van de mate waarin de consument er daadwerkelijk gebruik van maakt, moet deze informatie er straks gewoon zijn.’
Artikelcodes? Dat is een kwestie van aanvragen bij GS1
Veel voorwaarden voor data-uitwisseling tussen fabrikant en retailer zijn al op orde. De uitdaging is dat de bestaande standaarden ook meer upstream in de keten gebruikt gaan worden, vanaf de boer dus. ‘Binnen Fresh Upstream moeten we hierover afspraken maken, dan heb ik het over definities, codes en standaarden. Als andere sectoren het kunnen, denk bijvoorbeeld aan een balpen, dan moeten wij het toch ook kunnen?!?’
Volgens Urlings zijn groente en fruit een goed voorbeeld. "Bij groente en fruit hebben alle producten een artikelcode (GTIN). Dat is een kwestie van aanvragen bij GS1. Bedrijven kunnen dan zelf de barcodes maken die ze nodig hebben. Meer werk is 't eigenlijk niet."
De keten monitoren met uniforme standaarden
Bert Urlings legt uit dat er nog veel moet gebeuren. "Een voorbeeld. Op dit moment gebruiken onze veehouders ontsmettingsmiddelen met een barcode of QR-code die alleen te lezen zijn door de fabrikanten van deze producten, en niet door de veehouder. Bedrijven hanteren namelijk verschillende definities, codes en informatiestandaarden. Hierdoor kunnen wij het gebruik van deze middelen in de keten niet monitoren zoals we dat zouden willen.”
“Andere zogenaamde kritische producten waarvan we het gebruik beter willen volgen, zijn diergeneesmiddelen en gewasbeschermingsproducten. Alleen zo kunnen we garanderen dat onze producten bijvoorbeeld vrij zijn residuen van gewasbeschermingsmiddelen. Maar denk ook aan de Afrikaanse varkenspest, die houden we alleen op deze manier buiten de deur."
Met een lange adem zullen we slagen in onze missie
Volgens Urlings is het niet voor niets dat naast GS1 Nederland, FNLI, het GroentenFruit Huis, Frug I Com, LTO Nederland, het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) en Nevedi samen Fresh Upstream hebben opgericht. "Al deze partijen hebben belang bij dit initiatief. Toch verwacht ik dat, naast overredingskracht, Fresh Upstream ook zal moeten beschikken over een lange adem. We gaan ervoor zorgen dat ze zullen slagen in hun missie."