10-8-2020

GS1 stapt over op volledig geïntegreerd wereldwijd datamodel

Standaardisering, efficiënter werken, minder fouten én tijdwinst: het zijn stuk voor stuk voordelen van werken met de GS1 datapool die bedrijven overstag doen gaan. Bedrijven hebben internationaal wel GS1 gevraagd de uitwisseling van productdata te vereenvoudigen en harmoniseren.

GS1 stapt over op volledig geïntegreerd wereldwijd datamodel - GS1 Stapt Over Op Volledig Geintegreerd Wereldwijd Datamodel

Het resultaat is het wereldwijde GS1 Global Data Model dat alle basisattributen bevat die nodig zijn om een product te bestellen, verplaatsen, op te slaan en te verkopen, zowel digitaal als fysiek.

Jerry Tracey, sectormanager levensmiddelen en drogisterij GS1 Nederland licht toe: “Er is lang gewerkt aan dit internationale datamodel. Als alle landen hetzelfde datamodel gebruiken, kunnen Nederlandse leveranciers straks met één systeem uit de voeten en hoeven zij niet langer rekening te houden met de verschillen per land. Retailers kunnen buitenlandse leveranciers veel sneller aansluiten. En doordat het model is versimpeld, verbetert de datakwaliteit naar verwachting ook”.

Oproep aan GS1: ‘Vereenvoudig wereldwijde uitwisseling masterdata’

De gevolgen van onjuiste of onvolledige data zijn merkbaar tot op de winkelvloer. Het is niet voor niets dat bedrijven veel tijd besteden aan het managen van betrouwbare productinformatie. Consumenten kunnen zonder goede productinformatie niet de producten vinden en/of kopen die zij willen.

De oproep van de industrie aan GS1 was daarom helder: ‘Vereenvoudig de uitwisseling van data. Vaak zijn er nu veel specifieke behoeften per land. Bedrijven zijn daarom veel tijd kwijt aan het samenvoegen en verifiëren van deze gegevens en hebben duidelijk belang bij een gestroomlijnder proces. Kortom, zorg voor één wereldwijd datamodel waarmee data eenduidig internationaal wordt uitgewisseld, die zorgt voor minder fouten in de data en waardoor consumenten kunnen profiteren van een omnichannel winkelervaring.

De ontwikkeling van het datamodel is met de input van de 18 internationale datamodellen en partijen uit de industrie tot stand gekomen. Om de bruikbaarheid te testen heeft GS1 in augustus 2019 samen met partijen zoals Ahold Delhaize, Nestlé, Metro, PepsiCo, Procter & Gamble en Johnson & Johnson pilots uitgevoerd. Hieruit bleek onder meer dat bedrijven tijd nodig hebben om wijzigingen in hun systemen door te voeren en daarna profiteren van de voordelen. Denk aan het beheer en de uitwisseling van data die sneller, makkelijker en goedkoper wordt.

Motivatie van kleinere en grotere leveranciers

Retailers vragen steeds vaker om meer gegevens aan leveranciers. Als internationale leveranciers de data van hun hele assortiment goed in de datapool zetten, kunnen zij daarmee veel retailers bedienen. Grotere bedrijven hebben hiervoor speciale datamanagement-afdelingen om hun data op orde te houden.

Maar voor kleinere bedrijven is datamanagement ook belangrijk, omdat zij de productdata efficiënter kunnen delen met verschillende handelspartners. Bovendien kan het hen helpen om informatie uit allerlei bronnen te bundelen en één versie aan te houden voor de masterdata. Als data op één centrale plek staat, biedt dit voordelen wanneer zij bijvoorbeeld een productcatalogus samenstellen of een webshop willen voorzien van productinformatie.

Tracey vertelt: “Bedrijven hebben te maken met groeiende en complexe eisen van consumenten, handelspartners en wetgeving. Het betrouwbaar en volledig delen van gegevens is de basis voor succes. Retailers laten leveranciers steeds vaker zien wat betere data oplevert. Dat helpt enorm. Het motiveert kleine en grotere leveranciers om die data goed in de datapool te zetten”.

Levensmiddelen- en drogisterij in frontlinie om datamodel te omarmen

Met het nieuwe datamodel wordt het uitwisselen van productgegevens tussen handelspartners wereldwijd vereenvoudigd, daarnaast wordt verwacht dat het zal zorgen voor meer operationele efficiëntie binnen de keten en biedt het nauwkeurige en volledige gegevens voor consumenten.

Op dit moment wordt met vertegenwoordigers vanuit de Nederlandse levensmiddelen- en drogisterijsector bepaald hoe het definitieve datamodel eruit komt te zien. Aanvullend op de basisvelden die het GS1 Global Data Model bevat, voegt ieder land eigen specifieke velden toe. De resultaten en daarmee ook de verschillen met het oude datamodel zullen zodra deze beschikbaar zijn worden gedeeld. Voor alle duidelijkheid, het Global Data Model wordt geïntegreerd in GS1 Data Source.

Tot slot vertelt Tracey: “Het traject start in de levensmiddelen- en drogisterijsector en wordt op termijn uitgebreid met andere productcategorieën zoals bijvoorbeeld mode. Volgens de planning zullen alle leveranciers en afnemers in de sector die gebruikmaken van GS1 Data Source vanaf de release van 20 november 2021 gebruik kunnen maken van de nieuwe velden in het GS1 Global Data Model. Deze bestaat dus uit basisvelden en aanvullingen die door vertegenwoordigers in de Nederlandse levensmiddelen en drogisterijsector zijn bepaald”.