Nestlé scoort met datakwaliteit levensmiddelen én diervoeding
Nestlé is wereldwijd actief met zowel levensmiddelen als diervoeding: twee productsegmenten met grote verschillen, maar vergelijkbare uitdagingen op het gebied van datakwaliteit.
De internationale aanpak die Nestlé heeft ingezet naar aanleiding van het datakwaliteitprogramma voor levensmiddelen, heeft dan ook een positieve impact op de datakwaliteit van diervoeding.
Nestlé wereldwijd aan de GS1 standaarden
Nestlé is wereldwijd actief met honderden merken, van Kitkat tot Purina en van Nescafé Dolce Gusto tot Garden Gourmet. Dat het verstrekken van correcte en complete artikeldata voor de positionering van al die merken van groot belang is, lijdt geen twijfel. “Dat is ook de reden waarom Nestlé zich wereldwijd heeft gecommitteerd aan de GS1 standaarden. Wij geloven in de kracht van standaardisatie”, stelt Paul Kunkeler, customer fulfilment- en datamanager bij Nestlé Nederland.
Toch heeft het datakwaliteitprogramma van GS1 Nederland nieuwe inzichten opgeleverd. Toen dat in 2016 van start ging, bestond in geen enkel ander land de verplichting om logistieke data en etiketinformatie fysiek te laten controleren. “Nederland heeft in dat opzicht een voortrekkersrol vervuld. Het programma heeft ervoor gezorgd dat de datakwaliteit binnen heel Nestlé structureel is verbeterd, ook in andere landen.”
Nestlé Nederland heeft allesbehalve de gemakkelijkste route gekozen. Het team van Kunkeler en zijn voorgangers had kunnen volstaan met het verbeteren van de fouten op lokaal niveau. “Maar dezelfde artikelen die we in Nederland op de markt brengen, liggen ook in tientallen andere landen in de schappen. Als de afmetingen van een artikel verkeerd staan in de Nederlandse versie van de datapool, geldt dat waarschijnlijk ook voor de Duitse en Belgische datapool.”
Steun van het hoofdkantoor
Vanuit Nederland is het initiatief ontstaan om binnen Nestlé een internationale projectgroep omtrent datakwaliteit op te starten. Deze projectgroep kon vrijwel meteen rekenen op support van het hoofdkantoor in Zwitserland. “De samenwerking binnen de internationale project groep heeft ertoe geleid dat het oplossen van een melding over incorrecte artikeldata direct bij de bron hersteld wordt door onze collega’s in de producerende markt.”
Eén van de eerste voorstellen van de projectgroep was het opzetten van een wereldwijd trainingsprogramma voor alle medewerkers die betrokken zijn bij het vastleggen van artikeldata. “Daarnaast hebben we bovenop het centrale productinformatiesysteem extra rapportagetools geïmplementeerd waarmee we inconsistenties in artikeldata vroegtijdig kunnen signaleren. De repen van Kitkat bijvoorbeeld leveren we in verschillende smaken, maar de verpakkingen zijn identiek. Als de afmetingen die in het systeem zijn vastgelegd toch afwijkingen vertonen, zien we dat direct”, legt Kunkeler uit.
“Nederland heeft in dat opzicht een voortrekkersrol vervuld. Het programma heeft ervoor gezorgd dat de datakwaliteit binnen heel Nestlé structureel is verbeterd, ook in andere landen.”
Zelfde aanpak voor levensmiddelen én diervoeding
De aanpak die Nestlé volgt voor levensmiddelen, geldt ook voor diervoeding van merken als Purina, Bonzo en Felix. “In essentie gaat het om dezelfde data: logistieke data, etiketinformatie en productafbeeldingen. Ook de uitdagingen zijn dezelfde. Daarom heeft de projectgroep tegelijk met de levensmiddelen ook de datakwaliteit in de categorie diervoeding aangepakt. Alleen voor etiketinformatie hebben we een andere tijdslijn gevolgd, omdat de verplichtingen op dat vlak pas later zijn ingegaan.”
De aanpak werkt. De wekelijkse score die volgt uit het datakwaliteitsprogramma fluctueert, maar toont gemiddeld genomen een stijgende lijn. Dat betekent dat het aantal meldingen over incorrecte of incomplete artikeldata afneemt, evenals het aantal vragen van retailers over artikeldata. “Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd profiteren we van de betere datakwaliteit. Zowel op het gebied van levensmiddelen als diervoeding”, verklaart Kunkeler.
Aandacht nodig om te voorkomen dat de datakwaliteit weer inzakt
Ondanks de bereikte resultaten blijft datakwaliteit een punt van aandacht. “Aandacht is nodig om te voorkomen dat de datakwaliteit weer inzakt. Niet alleen bij ons, maar bij alle betrokkenen binnen heel Nestlé”, aldus Kunkeler, die wijst op de moeite die het vergt om alle artikelen voor fysieke controle op te sturen. Dat geldt vooral voor nieuwe artikelen, die al moeten worden opgestuurd voordat de massaproductie concreet van start is gegaan. “Het zou mooi zijn als we de fysieke controle in de toekomst op afstand kunnen doen. Bijvoorbeeld door de artikelen voor een camera te zetten die met behulp van artificiële intelligentie meteen de afmetingen vaststelt en goedkeurt”, lacht Kunkeler.
De customer fulfilment en datamanager van Nestlé Nederland heeft twee belangrijke steekwoorden voor collega-leveranciers: focus en vasthoudendheid. “Nestlé is redelijk decentraal georganiseerd. Daarom hebben we veel tijd nodig gehad om alle stakeholders in kaart te brengen en uit te zoeken welke paden we moesten bewandelen. Maar toen dat eenmaal duidelijk was, kregen we vrijwel meteen steun vanuit het hele bedrijf.”
Sparren met interne en externe collega’s
Tot slot geeft Kunkeler het advies om aansluiting te zoeken bij collega’s, zowel buiten als binnen het bedrijf. “Dat laatste geldt in ieder geval voor internationaal opererende bedrijven. Behalve in Nederland is ook in andere landen inmiddels aandacht ontstaan voor datakwaliteit. Neem contact op met collega’s in die landen en deel je ervaringen. Het is altijd goed om met anderen te sparren over datakwaliteit.”