De GS1 datapool is de toekomst voor Hubo België

Eind 2017 kondigde Hubo België, samen met de federatie van leveranciers in de doe-het-zelfsector (Hima Benelux voorheen Febin) en verschillende retailers in de Benelux, aan gebruik te willen maken van de GS1 datapool om masterdata uit te wisselen. Sinds augustus 2022 wisselt Hubo productdata uit met meer dan 50 leveranciers die op de GS1 datapool zijn aangesloten. Marc Henkens, E-commerce Manager bij Hubo België, vertelt over dit project en zijn toekomstige ambities omtrent data-uitwisseling.

Hubo, de tweede grootste doe-het-zelf winkelketen in België, telt 157 winkels. Daarnaast hebben ze een website met meer dan 55.000 artikelen en de ambitie om dit aantal in het komende jaar te verdubbelen. "We zijn nog ver verwijderd van onze ambities, ik zou dit cijfer graag willen zien stijgen naar 100.000 artikelen tegen eind van dit jaar. We weten niet of dit gaat lukken door de coronacrisis en andere actuele gebeurtenissen, maar we werken eraan," zegt Marc. "Wat ons echt belemmert zijn de masterdata, maar we zien dat wanneer leveranciers zich aansluiten bij GS1, de uitwisseling van informatie veel vlotter verloopt.”

Een bewogen start

Het project begon in 2018 met de noodzaak om de uitwisseling van masterdata met leveranciers te optimaliseren. Hubo koos ervoor om de GS1 datapool te gebruiken. Ze gingen snel van start, maar de implementatie was moeilijker dan verwacht omdat het datamodel aangevuld moest worden. In 2019 begon de eerste uitwisseling van data met leveranciers. "We moesten onder andere masterdata management systemen implementeren om dit mogelijk te maken. Toen eenmaal het datamodel, de leveranciers en wij zelf klaar waren, konden we meer leveranciers toevoegen", legt Marc uit.

Tegenwoordig worden deze gegevens (meer dan 50 aangesloten leveranciers en 55.000 actieve artikelen op de website), die meer dan 60% van Hubo's omzet vertegenwoordigen, allemaal doorgegeven via de GS1 datapool. De ambitie is om tegen het einde van het jaar 80% van de omzet te halen. 

Samen komen we verder

"Begin augustus zijn we met een nieuwe fase gestart, de integratie van data-uitwisseling met producenten waarvan wij producten bij plaatselijke distributeurs/groothandels kopen. Wij hebben dus twee dataleveranciers voor éénzelfde product. De distributeur voor de B2B-gegevens (bestelhoeveelheid, prijs, leveringstermijnen, enz.) en de producent voor de B2C-gegevens (grootte, producttype, kleur, enz.). Dit zou betekenen dat we het proces nog verder kunnen versnellen,” vertelt Marc Henkens.

Kwaliteit is belangrijk

Bij Hubo wordt de informatiestroom beheerd via een machine-to-machine-connectie die verbonden is met de GS1 datapool. "Deze connectie helpt ons om deze grote informatiestroom te managen. Het is interessant voor grote leveranciers die honderden of zelfs duizenden artikelen hebben. Maar de GS1 datapool kan ook iets betekenen voor onze kleinere leveranciers. Hoe kleiner de leverancier, hoe meer de GS1 webinterface gebruikt wordt. Het is een erg handige tool als er jaarlijks maar een paar nieuwe producten bijkomen. De feedback is zeer positief.

Marc benadrukt het belang van datakwaliteit: "Datakwaliteit is een belangrijk aandachtspunt geworden en het is aan de leveranciers om die te waarborgen. Tegenwoordig koopt de klant eerst data en dan pas producten. Meer dan 60% van onze klanten bezoekt de website voordat zij naar de winkel gaan. Ze weten vóór hun bezoek aan de winkel wat ze willen en of het beschikbaar is of niet. Dus als de masterdata niet kloppen, is er geen verkoop!”

Het is niet alleen de invloed van Covid

"Gelukkig liep alles vóór de gezondheidscrisis al gesmeerd. Onze website werkte al goed en we konden soms een groei van meer dan 50% waarnemen. Toen de winkels gesloten waren, konden we zelfs 20% van onze normale omzet via onze website realiseren." zegt Marc Henkens.

Na de gezondheidscrisis wacht Hubo een nieuwe uitdaging, die van de bevoorrading. "Wat er in Oekraïne gebeurt, heeft gevolgen op de bevoorrading van hout bijvoorbeeld, omdat dat voornamelijk uit Oekraïne en Rusland komt. We zijn dus genoodzaakt om nieuwe alternatieven te vinden en dat brengt nieuwe kosten met zich mee. Bovendien loopt de import uit Azië nog steeds achter. We gaan moeten samenwerken met andere leveranciers en andere landen. Daarom is het van groot belang dat gegevens gestandaardiseerd zijn met het oog op een efficiënte en snelle implementatie.”

Basis voor een Europees datamodel

Om deze uitdaging aan te gaan, gelooft Marc sterk in de uitwerking van een Europees datamodel. “We moeten ophouden met lokaal werken, met lokale attributen en organisaties. Er komt schot in de zaak, maar het is een werk van lange adem. Rekening houdend met het werk dat in de Benelux al is verricht, zijn de meeste Europese landen het erover eens dat het datamodel een zeer goede basis is om dit proces te beginnen", zegt hij. "Bijvoorbeeld, een Duitse leverancier zoals Bosch hebben we sterk aangemoedigd om het GS1 datamodel te gebruiken. Zij waren zeer verrast door de kwaliteit en begrepen waarom we erop hadden aangedrongen. Als wij erin slagen alle leveranciers, of het nu Duitsers, Fransen of andere landen zijn, te motiveren zich bij ons aan te sluiten, is dat een goede zaak”.

Datamodel uitbreiden in de toekomst

Hubo wil het datamodel graag uitbreiden in de toekomst: "We hebben nog andere projecten op het oog, zoals verpakkingsbeheer en verpakkingstypes. Wij gaan alle verpakkingen die bij ons binnenkomen aangeven. Of het nu gaat om de pallet en de verpakking, de omdozen, de productdozen, enzovoort. Sommige analyses zijn al in uitvoering. Het is een belangrijke uitdaging, zowel voor wat betreft het terugvinden van de gegevens als voor de ecologische ontwikkeling," besluit Marc.